De teelt van knoflook
Grond
In zijn oorsprongsgebied groeit de knoflook op arme stenige grond. Hierdoor komen er slechts kleine bollen aan de plant. In Nederland met zijn goede bodem moet knoflook het beter kunnen doen. Knoflook groeit het liefst in humusrijke en goed waterdoorlatende grond. Vruchtbare zand- en lichte zavelgronden zijn ideaal. Zware kleigrond is te verbeteren door er zand en humus door te mengen maar het blijft lastig om op te warmen in het voorjaar en om de knoflook in de harde droge klei te oogsten en schoon te maken is een behoorlijke klus.
Knoflook houdt van een pH tussen de 6.5 en 8. En heeft net zoals bijna alle bol- en knolgewassen een hekel aan veel mest. Met name Stikstof zorgt voor veel blad- en weinig bolontwikkeling. Goed verteerde stalmest of andere organische mest kan het beste één jaar van tevoren op de plaats waar knoflook moet komen te staan, worden aangebracht.Mooi is een 6 jarige teeltwisseling waarbij de knoflook na pompoen en/of cougette komt. Pompoen en/of courgette kunnen wel wat oude stalmest gebruiken en dan komt de knoflook op oude kracht.
In het voorjaar kan je de groei stimuleren door compostthee over de planten te gieten of spuiten. Dit kan om de week gedurende 10 weken. Een extra kalium gift in het voorjaar helpt de bolvorming te stimuleren.
Plantgoed
goed plantgoed is een must om mee te beginnen.
Koop nooit knoflook in een supermarkt als plantgoed. Deze is vaak behandeld met groeiremmers om uitlopen tegen te gaan. Ook worden de knofloken uit de supermarkten vaak door exporteurs tot vele maanden in koelcellen bewaard en zijn soms al een paar jaar oud voor ze in de winkel liggen.
Kijk dus bij zaad en plantgoed leveranciers voor goed plantgoed. Tuincentra vallen in mijn ogen ook vaak af. De meeste Nederlandse telers vermeerderen hun eigen plantgoed en wordt bij sommige telers gekeurd door NAK (Nederlandse Algemene Keuringsdienst voor zaaizaad en pootgoed van landbouwgewassen). Dit is met knoflook niet verplicht.
Als je plantgoed heb gekocht, kontroleer de bollen op schimmel en beschadigingen en verwijder deze bollen. Pas als de planttijd is aangebroken haal je de bollen weer tevoorschijn. Breek de bollen vlak voor het planten. Let op dat je de tenen niet beschadigd of kneus, hier kunnen makkelijk infecties ontstaan. Zoek de grootste tenen uit als plantgoed en kontroleer ze ook stevigheid. Zachte tenen zijn niet goed. Grote tenen geven ook meer kans op grote bollen.
Het fijnste is als de teenvliezen ook onbeschadigd zijn, alhoewel ik nog niet gemerkt heb dat kapotte teenvliezen meer schimmelinfectie geven. De kleine tenen kan je lekker opeten. Of dicht op elkaar planten om al vroeg in het voorjaar de jonge plantjes in z’n geheel te oogsten. Heerlijk op brood of in een salade.
Mocht je al knoflook kweken, kan je natuurlijk hiervan de mooiste en grootste bollen gebruiken om je eigen pootgoed te gebruiken. Kontroleer tijdens het groeiseizoen wel op misvormde (virus) en schimmel en verwijder deze. Zo hou je het gewas gezond.
Sommige rassen hebben soms 2 of meer tenen in een bolvlies, dit is met name bij de rassen van de rocombole groep het geval. Hier komen dan ook meerdere planten uit een teen, waardoor je geen mooie ronde maar afgeplatte bollen krijg.
Planten.
De beste tijd om knoflook te poten is in het najaar en wel in de maanden oktober en november. Na half december kan gemakkelijker structuurbederf optreden. Er zijn ook wel rassen om in het voorjaar te poten, in januari of februari. Dit is vooral in Frankrijk en zuidelijker landen. Hier heb je al vroeger in het jaar hogere temperaturen dan in Nederland. In Nederland heb je kans op veel regen en sneeuw en kan het ook nog vriezen waardoor je niet of slecht kunt poten. Zelf ben ik een voorstander van het poten in het najaar. Hierdoor hoeven de bollen minder lang bewaard te worden na de oogst en kunnen ze alweer snel de grond in.
Zeker de bloemstengel vormende rassen kan je beter in het najaar poten. Deze rassen hebben een koude periode nodig om de teenvorming te stimuleren.
Ook hebben de tenen in het najaar de tijd om hun wortelgestel te vormen voor de winter en als het voorjaar begint kunnen ze al hun energie steken in de groei bovengronds. Na een paar weken komen de eerste knofloken al boven de grond.
Bij in het voorjaar poten moeten de bollen langer bewaard worden en hebben een kortere periode om hun wortels te ontwikkelen en als plant te groeien.
Het is wel zaak om een plek in de zon te reserveren voor de knoflook. Het is een echte zon minnaar.
Plantafstand.
Zelf plant ik de knoflooktenen in het verband met een afstand van 15 cm. Zo heb je ongeveer 40 planten per m2. Je kan ook op rijen poten. In de rij op 10 cm en tussen de rijen 25 cm. De hoeveelheid knofloken per m2 blijft dan gelijk. Door de knoflook dichter op elkaar te poten krijg je wel meer bollen per m2 maar de bollen zullen dan wel kleiner blijven. In natte of zware (klei) grond is het verstandig om op verhoogde bedden of ruggen te poten. Als knoflook ergens een hekel aan heeft dan is het wel aan natte tenen. Op ruggen poten heeft ook voordelen in het voorjaar. De ruggen warmen in het voorjaar sneller op en bovendien waait de wind ze sneller droog.
plantdiepte
Onder normale omstandigheden is een plantdiepte van 5 cm voldoende. Op lichtere grond kan men wat dieper planten, zodat de teentjes over voldoende vocht kunnen beschikken. Staan de planten te ondiep, dan kunnen ze bovendien omvallen. Wanneer op wat zwaardere grond te ondiep wordt geplant, kunnen bij droogte scheuren in de grond ontstaan. De bollen komen dan bloot te liggen en verkleuren rood door zonnebrand. In beide gevallen wordt de kwaliteit van het product minder. De tenen die in het voorjaar gepoot worden kunnen wat ondieper gepoot worden.
Plant de tenen met de punt omhoog en het kontje naar beneden. Dit is vooral van belang voor de bloemstengelvormende rassen. Denk maar aan tulpenbollen. Als je deze op de kop plant dan kost het meer energie om boven te komen. Dit is verspilde energie.
Het plantgoed kan eventueel worden ontsmet tegen schimmels en aaltjes met dubbelkoolzure soda. Doe een eetlepel dubbelkoolzure soda per liter water en laat de tenen daar ongeveer 2 uur in weken, en laat ze vervolgens 3 tot 5 minuten in alcohol weken, dan onmiddellijk planten.
Onkruidbestrijding
knoflook is een open gewas waardoor het snel in het onkruid kan lopen. Onkruid onder controle houden is heel erg belangrijk. Knoflook is een zon- en warmteminnaar maar heeft relatief weinig bladoppervlakte en heeft snel last van onkruiden die de zonnestralen voor hun wegkapen. Omdat knoflook oppervlakkig wortelt, wordt schoffelen afgeraden. Handmatig wieden is dus de boodschap. In de teelt op ruggen kan een aantal keren worden aangeaard, tot het gewas zich voor het grootste deel sluit. Schoffelen in combinatie met aanaarden is voor deze teelt een goede methode om onkruid te onderdrukken. Mulchen of het bedekken van de aarde met organisch materiaal is niet alleen goed tegen het onkruid maar helpt ook goed om de grond te beschermen tegen directe weersinvloeden. Bovendien zal de grond minder snel uitdrogen. Mulchen is voor knoflook zeker aan te raden.
Verwijderen van bloemstengels.
Binnen de knoflook familie zijn er twee duidelijk verschillende groepen. De ene groep vormt bloemstengels en de andere groep vormt geen bloemstengel of bij sommige rassen een bloemstengel die niet buiten de plant verschijnt maar in de plantschacht blijft.
Het is het beste om de bloemstengels te verwijderen, want alle energie die in het vormen van de bloemen en broedbollen gaat zitten, gaat niet naar de bol. Het gevolg, kleinere bollen.
Ik laat de bloemstengels altijd zolang nog aan de plant zitten dat ze hun mooie krullen laten zien maar verwijder ze voordat ze zich gaan strekken en boven het gewas uitkomen. Hiermee oogst ik de tweede knoflookoogst, de heerlijke knoflookbloemstelen (zie recepten). Knip, snijd of breek de bloemstelen net boven het laatste blad. Doe dit op een zonnige droge dag zodat de wond snel kan indrogen en hierdoor infecties word geminimaliseerd.
Oogsten
Negen maanden na het planten is het tijd voor de oogst. Knoflook is een van de langstdurende teelten en is ook nog eens verstopt onder de grond. Belangrijk voor het tijdstip van oogsten is om te weten waarvoor je de bollen wilt gebruiken. Wil je verse of natte knoflook, dan kan je al in juni oogsten als de bladeren nog groen zijn. De tenen zijn nog niet helemaal volgroeit maar je kan de bollen helemaal gebruiken, dus ook de teen- en bolvliezen zijn nog zacht en sappig. In de winkel zit er altijd een 10 cm lange steel aan de bol, maar je kan al het groene blad gebruiken.
Als je de bollen wilt drogen is een goed moment als ongeveer een derde tot de helft van de bladeren is afgestorven. Als de onderste bladeren beginnen te verkleuren en verdorren kan je al eens voorzichtig de aarde rond de bol weghalen om te kijken hoe de bol eruit ziet. Alle bladeren lopen helemaal door naar beneden en vormen daar de bolvliezen. Omdat de bladeren ook de bolvliezen vormen zal, als de onderste bladeren helemaal afgestorven zijn, zal dit ook de buitenste bolvliezen doen afsterven. Om de bollen goed te kunnen drogen moeten er nog enkele bolvliezen om de tenen zitten. Wil je de bollen gebruiken voor nieuw plantgoed kan je iets later oogsten, bij ‘lossere’ bollen is het gemakkelijker om de tenen van de bol te halen. Het probleem wat bij te laat oogsten kan optreden is dat de tenen los in de grond zitten en al weer kunnen beginnen met wortel- en scheutvorming.
Oogstvolgorde voor de verschillende groepen knoflook.
Solo
Turban
Asiatic
Artichoke
Rocambole
Creole
Glazed Purple Stripe
Purple Stripe
Marbled Purple Stripe
Porcelain
Silverskin
Rooi de bollen voorzichtig om ze niet te beschadigen. Trek nooit de bollen aan het loof uit de grond. Op zandgrond zal dit nog vaak goed gaan, op kleigrond gaat dit zelden goed. De kans dat je het loof van de bol aftrek is altijd aanwezig. Licht de bollen door met een spade of spitvork een stukje van de bol af deze in de grond te steken en dan de bol iets op te lichten. Vooral niet te dicht bij de stengel omdat de bol onder de grond zit en beschadigd kan worden als je te dicht bij de plant de spade of spitvork in de grond steek. Nu kan de plant wel aan het loof met bol uit de grond getrokken worden. Klop voorzichtig de meeste grond uit de wortels. Nooit tegen een hard voorwerp uitkloppen ivm het beursslaan van de bol maar tegen je handpalm aan tikken gaat goed. Oogst de bollen het liefst bij droog weer. Fijn voor de tuinder maar ook fijn voor de grond en de plant.
Drogen
Er zijn veel manieren om je geoogste knoflook te drogen.
Erg belangrijk is het om als eerste te kijken of er beschadigde of beurzen bollen bij zijn. Deze bollen kan je beter zo snel mogelijk opeten, ze zijn een bron voor infecties en kunnen dit overdragen aan andere bollen. Behandel de bollen altijd met zachte hand, vooral vers geoogst zijn ze erg teer.
Borstel met een zachte borstel de meeste aarde van de bollen of als er genoeg bolvliezen om de bol zitten kan je ook een of twee bolvliezen verwijderen. Door de onderste bladeren te verwijderen, verwijder je in een beweging ook de buitenste bolvliezen die onderdeel van de bladeren zijn.
Je kan er voor kiezen of je de wortels van de bol wil snijden of deze aan de bol wil laten zitten tijdens het drogen. Via de wortels verdampt er ook nog vocht uit de bol, hierdoor droogt de bol sneller. Door de wortels bij de bol weg te knippen of snijden maak je een wond wat weer een infectiebron kan zijn. Wil je de bollen zonder loof drogen dan knip of snij je het loof ongeveer anderhalve centimeter boven de bol af en doe de bollen in netzakken of in open kratten. Door een wond te maken boven de bol is het belangrijk dat er voldoende luchtcirculatie bij de bollen is om deze wond ook snel te laten indrogen. Dit kan door de zakken in de wind te hangen, of kratten op een winderige plek zetten. Let wel, nooit de bollen in de zon of op een plek waar ze nat kunnen worden laten drogen. Het beste is ze geforceerd laten drogen door een ventilator de lucht door de bollen te laten blazen. Dit bij een temperatuur van 20 tot 25 graden Celsius met een luchtvochtigheid van 60%. Na twee dagen continu ventileren kan de tijd van ventileren door intervals gehalveerd worden.
Als je de aarde van de bollen geborsteld heb kan je er ook voor kiezen om de bol met loof en al te drogen. De laatste energie zal vanuit de bladeren naar de bol trekken en het loof zal het drogen van de bol bevorderen door het grotere oppervlakte wat aan de lucht wordt blootgesteld. Ook hier geld niet in de zon of in de regen drogen al dan niet met geforceerde luchtcirculatie.
Je kan de bollen met loof op een rooster leggen en hier met een ventilator van onder lucht doorheen blazen.
Je kan de bollen in bossen van 5 a 10 bollen samenbinden en ophangen. Dit kan aan een spijker in de muur of over touwen gespannen tussen twee balken op zolder.
Nog een mogelijkheid is om de bollen op de kop in een rooster op te hangen. In alle gevallen hebben de planten 4 a 6 weken nodig om te drogen. Al het loof moet droog, en de bolvliezen perkamentachtig zijn.
Een andere manier om de bollen te drogen en te bewaren is het vlechten van de knoflook in strengen. Hiervoor zijn eigelijk alleen de niet bloeiende rassen geschikt omdat de bloemstengel van de bloeiende rassen te hard en stug is om te vlechten. Om de knoflook goed te kunnen vlechten is het goed om de knoflook eerst een paar dagen te drogen. De versheid van de net geoogste plant moet slapper worden mag mag niet zo droog zijn dat de bladeren breken door de droogte.